Afbeelding
Foto: Shutterstock

Wintervoedering voor Twentse vogels nog steeds hard nodig

WEERSELO - Door de strenge vorst van de afgelopen tijd hebben vogels het nog steeds erg zwaar. Natuur- en vogelwerkgroep De Grutto in Weerselo roept op om vogels bij te voeren.

Wanneer de sloten en plassen dichtvriezen of wanneer er een dik pak sneeuw ligt, kunnen tal van vogels niet meer bij hun voedsel komen. Bovendien kost het de vogels bij kou veel energie om zich warm te houden. Ze moeten daarom overdag voldoende energiereserves opbouwen om gedurende de nacht hun temperatuur op peil te houden. Vogels kunnen onder dat soort omstandigheden extra hulp goed gebruiken; niet alleen door ze te voeren, maar ook door rekening te houden met hun leefomgeving. Maak bijvoorbeeld de tuin niet, zoals dat zo mooi heet, winterklaar maar laat het blad op sommige plekken liggen. Het is verbazingwekkend wat de vogels hierin aan voedsel kunnen vinden.


Wat voeren?

Veel vogels, zoals mezen en heggenmussen, veranderen in de winter van voedsel. In plaats van insecten eten ze dan energierijke zaden en noten. Ze passen hun darmstelsel hier zelfs op aan. Daarnaast trekken veel zangvogels in de winter - vanwege het goede voedselaanbod - naar dorpen en steden. Voeren kan het beste 's morgens vroeg en later in de middag. De vogels kunnen dan herstellen van de koude nachten en reserves opdoen voor de aankomende nacht. Wat kan er zoal gevoerd worden: In de meeste tuinen treffen we voornamelijk zaad- en insecteneters aan als mussen, vinken, mezen en merels. Zaadeters, zoals mussen en vinken kunnen we herkennen aan de forse kegelvormige snavel. Met granen, maïs, zonnepitten, onkruidzaden, bruin brood en etensresten (geen zout!) kunnen we deze vogels tot een bezoek aan de voedertafel, of op de grond verleiden. Met fijn vogelvoer, meelwormen, maden, larven en ongekookte havermout zijn deze vogels bijzonder geholpen. Dit kan dan het beste op de grond, het liefst op beschutte plaatsen, zoals onder een heg of op ruime open plaatsen.


Algemene tips

Diverse algemene tips: voer niet te veel ineens; voer het liefst vroeg in de morgen of tegen het einde van de middag. Strooi het voer niet alleen op een voertafel maar ook op de grond voor soorten als heggenmus, huis- en ringmus, winterkoning en roodborst. Voer geen margarine of boter; deze werken als laxeermiddel. Voer geen producten met zout. Voer ook geen producten met smaakstoffen, ongekookte rijst, spekrandjes of droge kokosnoot. Dit kan voor vogels gevaarlijk zijn. Houd uw kat zoveel mogelijk binnen. Door hun jachtinstinct sneuvelen er jaarlijks heel wat vogels. Voer vooral "natuurlijke producten”, zoals zonnebloempitten, zaden, noten etc. Voer wat gemakkelijk bevriest, zoals appels, kan het beste in parten gevoerd worden.