Hoe kunnen dorpen
het beste van het aardgas af?
TUBBERGEN - Het Nederlandse aardgas heeft ons veel mooie dingen gegeven: welvaart en warmte, ook in moeilijker tijden. Maar het winnen van aardgas is, zoals we inmiddels goed weten, niet zonder risico's en complicaties. De overheid wil daarom op termijn af van de behoefte aan aardgas. Een monsterklus; iedere bestaande woning moet dan op termijn over naar andere energiebronnen voor warmte. Maar gaat dit wel lukken? Wat is de beste manier om dit te bereiken? Ook in Tubbergen werkt men volop aan deze uitdagingen.
In 2050 moet heel Nederland aardgasvrij zijn; dit is de ambitie van de Rijksoverheid. Hiervoor moeten ruim 7 miljoen woningen en 1 miljoen andere panden een alternatieve warmtebron hebben. Om uiteindelijk dit streefjaar te halen moet veel gefaseerd gebeuren. De eerste stip op de horizon is over 10 jaar: in 2030 moeten 1,5 miljoen woningen afgesloten zijn.
Uitdaging
Het afsluiten van het aardgas levert grote uitdagingen op. Panden moeten aangepast worden om bijvoorbeeld via duurzame stroom te kunnen verwarmen. Investeringen met een fors kostenplaatje, die huiseigenaren liever zelf niet willen dragen. Net als bij invoering van het aardgas in de jaren '60 zal het uitgangspunt dan ook zoveel mogelijk zijn om zo min mogelijk kosten te hoeven maken voor afsluiting.
Proefproject
Om uiteindelijk tot een beste uitvoering te komen worden diverse proefprojecten opgezet. Binnen de gemeente Tubbergen gaat Harbrinkhoek/Mariaparochie hiermee aan de slag. Bij de eerder dit jaar gehouden kernavond bleek dat inwoners enthousiast zijn om mee te werken aan een pilot voor aardgasvrij wonen. Op 9 maart volgde een informatieavond. Het Rijk heeft een subsidie opengesteld voor het aardgasvrij maken van wijken. "Dit betekent dat er per woning een bedrag kan worden aangevraagd om de verandering te kunnen financieren", aldus wethouder Ursula Bekhuis. We moeten dan denken aan het vervangen van bijvoorbeeld een gaskookstel naar elektrisch fornuis of aansluiting bij een warmtenet. Dit moet de overstap realistisch en betaalbaar maken.